Z3 in de problemen, deel 1.

Na al mijn berichten over de Z3, dat er eigenlijk nooit iets aan mankeert en dat het een wagen is die met dol enthousiasme elke dag klaarstaat om te mogen rijden, is er toch eens iets mis gegaan.
Ik begon er al aan te twijfelen of dit wel een echte BMW is, er kwamen gedachten naar boven zoals “Hoe de Jappen het lappen” en “Opel kopen altijd lopen”. De motor dus, niet dat je zelf moet gaan lopen. Maar gelukkig is het een echte BMW! Het kan kapot en dan gaat het ook een keer kapot.

Op een regenachtige donderdag was ik bezig iets te maken van hout maar de open haard wilde niet echt meewerken, het vuurtje wilde geen vlam vatten en het was best nog een beetje koud. Plotseling ging de telefoon, niets ongewoons als je een Bed & Breakfast hebt, gebeurt gelukkig vaker. Het was mijn vrouw, ze was rond 8 uur die ochtend vertrokken naar Tours voor een controle afspraak in het ziekenhuis. Tours is 165 kilometer verderop, helemaal geen grote afstand voor Franse begrippen. Nu weten jullie inmiddels denk ik wel dat Miki van origine een Antwerpse is, als mijn zinnen niet helemaal kloppen geef ik haar daar de schuld van. Miki dus, “Ik ben ik panne gevallen op de A10, 30 kilometer voor Tours”. Ik vraag wat er gebeurd is, “Nou, een grote stoomwolk en er komt een hels geratel uit de motor en ik ben direct gestopt. Ik wacht nu op de depanneur”. De wegsleper dus, ik probeerde nog een vraag te stellen maar ze riep dat de gendarmerie eraan kwam en hing op.

Als het een keer fout gaat is het meteen goed raak dacht ik en neem nog een bak koffie. Terwijl ik met mijn hoofd in de open haard hang om eens te kijken hoe ik het vuurtje ga reanimeren gaat de telefoon weer, hoe kan het ook anders. Miki weer, “De depanneur is er en hij heeft de Z3 op zijn wegsleepwagen gereden”, pardon? Gereden? Kan die Franse boerenpummel die lier die erop zit niet gebruiken? Te laat, alweer opgehangen. Gaat goed zo, op die manier worden mijn zorgen alleen maar groter. Nee, om Miki maak ik me geen zorgen, het is een grote meid die het wel regelt. Ik maak me zorgen om de Z3, ondanks dat ik het onderhoud stipt uitvoer kan er altijd iets aan de motor kapot gaan. Op dat moment ga ik ervan uit dat het waarschijnlijk wel zal meevallen maar erg gerust ben ik er niet op. Waar was ik ook al weer mee bezig? Oh ja, de open haard, er staat op de verpakking van die aanmaakblokjes dat je er maar één van nodig hebt om een vuurtje aan de gang te krijgen. Na er 5 keer één blokje onder geschoven te hebben wil het nog steeds niet. Op het moment dat ik besloten heb de rest van de verpakking in de fik te steken gaat de telefoon.

Miki: “Ik zit nu in de wegsleepwagen en we zijn onderweg naar de garage”. Mooi, en mag ik weten waar die uithangt? “Ja hoor, ik zal je het adres geven.” Ik sta klaar met pen en papier en daar komt als eerste de naam van de wegsleper, ja, daar heb ik niks aan. Mag ik misschien het adres? Ze roept de naam van een gehucht waar ik nog nooit van gehoord heb maar ik noteer het braaf, en in welke straat is dat? “Even vragen, het ligt aan de D7.” Dat schiet lekker op, de D7 is maar 140 kilometer lang, waar precies? Tuut tuut tuut…. Geen bereik meer met die eifoon van haar. Met de beschikbare gegevens open ik google maps en ik kan het zowaar terugvinden, wat een verwennerij! Ik trek mijn jas aan en ga de aanhanger aan mijn 7 hangen. Telefoon!

“Het is niet waar ik zei, het is ergens anders.” Weet je zeker dat die gozer zelf weet waar hij woont? “Het ligt langs de N10, er staat daar een taxi te wachten om me naar het ziekenhuis te brengen.” Mooi werk, maar de N10 is ongeveer 500 kilometer lang, vertel me nou eens waar ik de Z3 kan ophalen. Ik krijg het adres en loop de keuken in om mijn autosleutels te pakken, krijg nou wat! Het hout in de open haard heeft zowaar vlam gevat en staat vrolijk te branden. Ja lekker, nou is het niet meer nodig! Ik knoop de aanhanger achter de 7 en voer het adres in de navigatie in.

Op mijn gemak begin ik aan de reis van 130 kilometer. Louise, mijn navigatie troel, geeft vriendelijk aan waar ik naartoe moet. In het Engels, dat Duitse mokkel is veel strenger, daar durf je gewoon de verkeerde weg niet bij in te slaan. Helga heb ik haar genoemd, ontsnapt bij de Gestapo volgens mij. Ja, of het vriendinnetje van Horst Tappert geweest. Op vrachtwagentempo kom ik zo rond 1 uur aan in het gehucht, het benzinestation waar de depanneur moet wonen ziet er verlaten uit. De Z3 staat er wel, op een klein terrein ernaast met een terreinwagen ervoor geparkeerd.

Wordt vervolgd,
Nico.